Bogotaanse avonturen

Met heel veel heimwee en heel veel spijt dat ik niet tijdens Semana Santa in Providencia gebleven ben (vandaag was dan toch echt die langverwachte catboat race…) zit ik hier te koukleumen in Bogota. Met één paar sokken, één truitje met lange mouwen, en drie paar slippers, lekker handig.

De afgelopen twee nachten verbleef ik bij een couchsurfvriend van twee jaar geleden, in het verre rijke noorden van de stad. Bogota telt zo’n tien miljoen inwoners en beslaat een behoorlijke oppervlakte. Vandaag wilde ik naar La Candelaria, ‘down town’, twintig kilometer verderop. Aangezien het mijn tweede keer is in Bogota werd het tijd om in te burgeren en de bus te nemen in plaats van de taxi. Het blauwe busje is het busje dat naar La Candelaria gaat. Het busje stop je door je hand op te steken, waar dan ook. Je stapt in, en betaalt 1450 pesos (63 cent), ongeacht hoe ver je gaat. Maar eerst zet je je schrap, want het busje gaat er meteen in vliegende vaart vandoor. Wil je eruit, dan druk je op de knop boven de deur. Wederom zet je je schrap, want de chauffeur gaat meteen vol in de rem.

Mij was verteld dat ik er bij het eindpunt van het busje uit moest, hij zou daar vanzelf stoppen. Rustig afwachten dus. Tot we naar boven begonnen te rijden. En naar boven in La Candelaria is niet goed. Naar boven is naar sloppenwijken. Ik dacht ‘beter maar wachten tot het busje zich omdraait en aan de terugweg begint, gewoon blijven zitten, niks aan de hand, alles komt goed’. Verder en verder kropen we naar boven, slechter en slechter de buurt. Helemaal bovenaan stopt de bus. Of ik uit wilde stappen. ‘Uhm, meneer, ik heb me vergist en zou graag weer een eindje mee terugrijden. ‘ Dat behoorde helaas niet tot de mogelijkheden. Nee, dat groene busje moest ik nemen. ‘Nee hoor’, zei het groene busje, ‘die rode daar moet je hebben.’ ‘Nope’, zegt rood, ‘wit gaat naar beneden.’ Juist ja. En daar sta je dan.

Gelukkig was daar een politiemannetje. ‘Hullup!’. Zodra hij mijn perfecte spaans hoorde riep hij verbaasd uit wat ik hier in hemelsnaam deed, dit was absoluut geen plek voor buitenlanders. Hm nee, dat vermoedde ik al ja, maar hoe in vredesnaam weer beneden te geraken? Diverse bussen werden geconsulteerd en diverse mannetjes ingeschakeld. ‘Kunt u wellicht een taxi bellen?’ Hm tsja, moeilijk moeilijk, die kwamen hier over het algemeen niet. Owh. Hmm. Oeps. Juistem. Na ruim een kwartier bedremmeld staan wachten tussen een roedel vechtende straathonden werd er een taxi gevonden die door de politiemannetjes grondig gecontroleerd werd op papieren en weet ik veel wat. Taxi werd veilig verklaard en ik kon uit the hood vertrekken. Deze ontzettend lieve meneer bracht me  vervolgens voor een schijntje naar beneden, de helft van het eigenlijke bedrag. Het was namelijk of dit schijntje, of een veel te groot bedrag wat hij niet kon wisselen.  En deze meneer die graag zijn engels wilde oefenen had geloof ik best een beetje medelijden met dit bedremmelde meisje dat na twee maanden op een postzegel weer even moet wennen aan de grote stad.

Eind goed al goed dus. Op de vieze sokken, koude tenen en heimwee na dan. Vanaf nu weet ik waar ik op de bel moet drukken, en de terugweg in het blauwe busje verliep zonder problemen. Wederom ben ik getroffen door de hulpvaardigheid en vriendelijkheid van de mensen (op een wat norse buschauffeur na dan). Na toch redelijk wat reizen is het nog altijd mijn ervaring dat de overgrote meerderheid van de mensheid je graag wil helpen, en slechts een klein deel minder zuivere intenties heeft. Hopelijk blijft het zo.

Advertentie

3 gedachten over “Bogotaanse avonturen

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s