Dieren in het daglicht

Tachtig kilometer liep ik deze maand door de jungle. Steeds over dezelfde drie paadjes. Heel langzaam, en stil. Op zoek naar dieren. Welke, hoeveel, waar, en waarom? Regelmatig zie je dan he-le-maal niks. René ten Bos zou tevreden zijn. Die stelt in zijn boek Het Geniale Dier, dat dieren, in tegenstelling tot mensen, onontdekt willen blijven, opgaan in de achtergrond. En opgaan in de achtergrond daar zijn ze in de Amazone goed in.

Vaak lijkt de jungle uitgestorven, geen spoor van leven, behalve die wolken zoemende muggen om je hoofd, slierten mieren over het pad, en pootafdrukken van onzichtbaar aanwezige boswezens. Af en toe hoor je wat, meestal een vluchtend dier, dat jou al vele malen eerder zag, rook of voelde, dan andersom. Heel soms zie je wat, meestal een glimp, de achterkant van een wezen, snel verdwijnend in de dichte begroeiing. Een enkele keer word je zichtbaar bekeken, door apen hoog in de bomen, die onder het luid uitslaan van alarmkreten toch ook wel nieuwsgierig zijn en even komen kijken wat daar beneden loopt.

Voor het zicht helpt het natuurlijk niet dat de bomen hier bijzonder hoog zijn, en het dierenleven zich vooral op zo’n veertig meter hoogte afspeelt. Bovendien staan er akelig veel van die bomen, zodat er eigenlijk altijd wel een stam, tak, of blad in de weg zit. Ook moet je goed bekend zijn met de achtergrond, om het dier eruit te kunnen halen. Diverse keren staat mijn “co-investigador” minutenlang te wijzen naar een tien centimeter groot dwergzijdeaapje dat op veertig meter hoogte tegen een boomstam geplakt zit en ik zie. het. gewoon. niet.

Soms baal ik van de vage foto van iets wat toch echt duidelijk een aap was, van het gordeldier dat voor mijn voeten rende maar op de foto onzichtbaar is, van de paca die ons te laat doorhad maar toch snel genoeg om niet door de camera geschoten te kunnen worden. En van die enorme slang die binnen een paar seconde in het gebladerte leek te zijn opgelost. Maar aan de andere kant, dat is de realiteit, dat is de natuur, veel meer dan spectaculaire natuurdocumentaires ons willen doen geloven.

Dwergzijdeaapje
Een vaag dwergzijdeaapje op 40 meter hoogte
Een springaapje, dat zie je natuurlijk meteen
gordeldier
Ik zag ‘em overduidelijk, het gordeldier, maar waar is ‘ie nou?
Pootafdruk van de onzichtbare jaguar
moord in de jungle
Moord in de jungle, een vers lijk

Ik doe wat mensen nou eenmaal niet kunnen laten om te doen. Ik wil de natuur zichtbaar maken, in kaart brengen, vangen in getallen, beschrijvingen en foto’s. Wie, wat, waar en waarom? Beheersen en controleren. Ik merk dat de natuur wat dat betreft niet erg meewerkt. Natuurdocumentaires, fotoboeken en de Burgers Bushes van deze wereld zeggen waarschijnlijk meer over onszelf dan over de natuur. Wij willen tentoonstellen, belichten. De natuur, en onszelf. Is de selfie-hype daar niet de ultieme uiting van? Hier ben ik. Zie mij.

Juist door dit ontstijgen aan de achtergrond blijven we onbepaald, aldus Ten Bos. De mens staat niet in, maar tegenover of boven de wereld. Hij verliest de betrokkenheid bij die wereld die normaal gesproken de achtergrond van zijn bestaan is, en komt terecht in een ondraaglijke leegte. Hij wordt dommer, gemener en zinlozer…

Hoe dan ook, tijdens die vele trage en stille wandelingen is het goed contempleren en filosoferen. Ik doe weer even een rondje nachtaapjes, en mijmer in de donkere, levendige en luidruchtige nachtjungle, met mijn inmiddels vertrouwde ‘creatures of the night‘, nog even verder. Voor jullie nog wat plaatjes van wezens die wel geschoten werden. En rustgevende junglegeluiden als toetje.

Vlinder

Kikker

vogel

libelle

Adelaar

de mens

Advertentie

2 gedachten over “Dieren in het daglicht

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s