De Via de la Plata, been there done that! :)
Op 20 oktober, na 42 wandeldagen (plus 9 vakantiedagen), en ruim duizend kilometer, liep ik Santiago de Compostela binnen. Het deed me, eerlijk gezegd, weinig. Ok, dit is het dan, ik heb iets volbracht? Zo voelde het niet. En religieus ben ik niet dus de tombe van de apostel heeft geen betekenis voor mij. Santiago lag gewoon op het pad, de zoveelste megalomane kathedraal. Een mijlpaal? Trots? Waarop, een stukje wandelen? Moet ik dan nog door naar Finisterre en Muxia? Maar daar heb ik eigenlijk helemaal geen zin in.
Na een paar dagen Santiago heb ik de wandelschoenen weer aangetrokken om een stukje richting Finisterre te lopen. Een kilometer of twee, tot een uitkijkpunt over de stad. Daar een tijdje gezeten en de voorbijtrekkende pelgrims bekeken. Dat waren er in een uur al meer dan ik ooit op de Via de la Plata gezien had en dat was voor mij een definitieve bevestiging om daar niet heen te willen. Nee, het is goed zo.
Als er al een inzicht was is dat het wel, het is goed zo. Het is namelijk nooit goed genoeg. Trots zijn op een stukje lopen? Zo veel stelt het nou ook weer niet voor. Als ik nou bijvoorbeeld eens van Cádiz naar Muxia, van zee naar zee, gelopen was, dan misschien… Maar als ik dat gedaan had had ik een ander referentiepunt genomen, als ik nou de woestijn doorkruist had met een tentje en een zak eten, misschien dan… Ik kan doorlopen, maar waarom? Het is goed zo.
Is het eigenlijk niet een ontzettend ego-project? Waarom die prestatiedrang? Om mijn Compostela te krijgen moest ik aankruisen dat het motief spiritueel was, maar het eigenlijke motief was sportief, daar was ik onderweg al vrij snel achter. Het was een krachtmeting. Ik ben nooit echt sportief geweest maar ik merkte dat het me wel wat deed; nog een beetje verder doorlopen, nog iets sneller. Lijden is lekker. Ik voelde me sterk, trots, en zoals eerder gezegd, haast onoverwinnelijk. Dat is best een fijn gevoel. Maar ook fragiel, je komt al snel in de ‘niet goed genoeg’ spiraal terecht, aangezien iets altijd wel een beetje beter kan. Het gevoel haalde de finish dan ook niet, tegen die tijd was de voorwaarde hiervoor opgeschoven naar minimaal Muxia. Ach, dat kruisje bij ‘spiritueel’ was zo gek nog niet ;)
In een notendop
Het was mijn eerste echte langeafstandswandeling, met bepakking. En dat beviel beter dan verwacht. Ik was erg blij met mijn lichte (5,5 kg) bepakking, en had alles bij me wat ik nodig had, zelfs nog iets te veel. Wat de route betreft is de eerste helft mijn favoriet, de droogte, openheid, hoewel de tweede helft ook wat prachtige stukken had, of, als ik zo terug kijk, heel veel eigenlijk. Het is vooral het laatste heuvelachtige bosrijke deel dat mij minder aanspreekt.
Hoewel ik wist van de leegloop van het Spaanse platteland had ik van de dorpjes wel nog een te romantisch beeld. Ik dacht van tevoren dat ik veel tijd zou doorbrengen op dorpspleintjes, met een kopje koffie een beetje mensen kijken. Maar ik hou eigenlijk helemaal niet van dorpjes. En een leuk terrasje op een dorpspleintje? Met een beetje geluk is er een klein buurtwinkeltje of cafeetje. Maar die is waarschijnlijk gesloten. Omdat het weekend is. Of maandag. Of siësta. Of nog te vroeg of al te laat. Of vakantie. Nee, van de dorpjes moest ik het niet hebben. Ik weet ook wel dat het allemaal heel precies komt. Ik hou van verlatenheid, maar niet van verlaten dorpjes. Ik wil lopen door de leegte, in alle eenzaamheid, maar vervolgens wel verblijven in bruisende steden, want die dorpjes daar word ik treurig van. In plaats van borrelen van energie zuigen ze het uit je weg, zombie-dorpjes. Vandaar dat ik uiteindelijk ook wel sneller liep dan verwacht, van stad naar stad (met Cáceres en Salamanca als favorieten).
En nu? Het zal niet de laatste wandeling zijn. Zo zijn er nog wat stukken in Spanje die erg leeg en verlaten zijn, zoals de Camino Levante en Mozárabe, die me wel wat lijken. En, iets verder weg, de Waitukubuli trail. De tas heb ik zo ingepakt, en de schoenen zijn nog niet versleten! En de pijn in de voorvoeten begint langzaam weg te ebben :)
De etappes
Dag 38. Cea, 23 km. Klimmen, klimmen, klimmen, uit het Ourense-dal.
Dag 39. Castro Dozón, 20 km. Santiago ligt blijkbaar bovenop een hoge berg, het is wederom klimmen, klimmen, klimmen door de sprookjesbossen. Pitstop bij het prachtige klooster van Oseira.
Dag 40. Silleda, 28 km, nog steeds een boel geklim en gedaal. Sprookjesbossen en eeuwenoude bruggen.
Dag 41. Ponte Ulla, 20 km. Santiago ligt toch niet zo hoog, vandaag dalen, dalen, en nog een beetje dalen. Makkelijke maar ietwat saaie etappe. De geur van eucalyptusbomen doet mij enorm naar de sauna verlangen!
Dag 42. Santiago de Compostela, 21 km. Nog wat laatste schaapjes onderweg, en mijn eigen dorpje, maar dan ben ik er toch echt. De Via de la Plata, check!
Genoten van je tocht. Je nuchtere commentaar is zeer verfrissend. Niet religieus of spiritueel maar sportief. Mij heb je.
LikeLike
Mooi Susan ook je overpeinzingen
LikeLike
Hoi Susan, het was leuk je Blog te lezen.
Ja in Spanje is veel te wandelen ook veel in de leegte van huesca via zaragoza naar Madrid .is ook lopen in de leegte.geen bomen wel lage bergen en hoge temperaturen in de zomer.er is een camino europeo para el rocio. Van huesca naar sevilla en daarna van sevilla naar El rocio. De dorpen om sevilla heen ervaar ik als levendig in extremadura heb ik geen ervaring . Succes met je volgende plannen. Rene Peters
LikeLike